Afgelopen week had ik het geluk om in Duitsland te zijn voor een conferentie voor studentenwerkers. Elke ochtend luisterden we naar een lezing over Jezus´ afscheidswoorden uit Johannes 15 en 16. En daarna was er tijd om een rustige plek op te zoeken om alleen te zijn met God, om te bidden, en de woorden nog eens te overdenken en God´s dieper waarheid toe te laten in het hart. Op woensdagochtend dwaalde ik buiten rond, op zoek naar een rustige plek. Het miezerde, en de heuvels losten langzaam op in grijze mist. Een natte, natte wereld. Mijn blik werd gevangen door de regendruppels die bomen en gras bedekten, en die saaie grassprietjes en middelmatige blaadjes versierden met duizenden diamantjes.
Ik besloot mijn Bijbel in m´n zak te houden, en de stille tijd te gebruiken om de regendruppels te bekijken, en op flipflops door het natte gras en over modderige landweggetjes te struinen. De conferentiecentrumkat huppelde mee, en we werden lodderig nagekeken door natgeregende koeien en slome geiten.
Het werd zomaar ineens een bijzonder mooi uur, omdat de druppels me deden denken aan God en zijn goedheid. In de Bijbel is regen vaak een beeld van Gods zegen. Regen doet het land opbloeien, brengt verkoeling, oogst, overdaad.. Als het lange tijd niet regent, dan verdroogt en verstoft het land, is er schaarste en verdampt het leven op den duur.
Net zoals een plant niet zonder water kan, kan een mensenhart niet zonder God. We zijn door God gemaakt om met Hem en voor Hem te leven, en ons hart komt nergens tot rust dan bij God. Een leven ver van God en buiten het bereik van Zijn liefde en vergeving verschrompelt de ziel. Een dichter uit het oude Israël schrijft:
Zoals een hinde smacht
naar stromend water,
zo smacht mijn ziel
naar u, o God.
Mijn ziel dorst naar God,
naar de levende God,
wanneer mag ik nader komen
en Gods gelaat aanschouwen? (Psalm 42)
Deze beeldspraak van intense droogte en dorst begon inhoud voor me te krijgen toen ik een paar zomers geleden in Israël was, en op een dag urenlang door de woestijn van Judea wandelde (rond het middaguur, stom natuurlijk!). In het begin was het wel te harden, maar na verloop van tijd werd de hitte om gek te worden! Folterende zonnestralen, zinderende hitte.. De kale rotsen boden geen schaduw, geen enkele verkoeling, geen leven.
Water is nodig om doodsheid in leven te veranderen. Een ander gedicht uit de Bijbel beschrijft dat:
Gelukkig wie wonen in uw huis,
gedurig mogen zij u loven.
Gelukkig wie bij u hun toevlucht zoeken,
met in hun hart de wegen naar u.
Trekken zij door een dal van dorheid,
het verandert voor hen in een oase;
rijke zegen daalt als regen neer
Steeds krachtiger gaan zij voort
om in Sion voor God te verschijnen.
HEER van de hemelse machten,
gelukkig de mens die op u vertrouwt (Psalm 84)
Gods aanwezigheid is als regen: het brengt leven. Door Gods vergeving en liefde en leiding komt een mens tot bloei. Wanneer iemand steeds meer op God vertrouwt, kan er vrede in het hart zijn als de omstandigheden als een dor dal voelen. Groeit er een bloem van hoop en heling in een gescheurde en gebroken situatie. Komt er ruimte voor vergeving en liefde, wordt de stap krachtiger en de rug rechter, terwijl God´s zegen zachtjes als regen neerdaalt..
Tot m´n knieën in het natte gras, en met m´n tenen in de modder, kroop er op de grijze, miezerige woensdagmorgen een liedje in me omhoog:
-
- This is my Father's world. O let me ne'er forget that though the wrong seems oft so strong, God is the ruler yet.
-
- This is my Father's world: why should my heart be sad? The Lord is King; let the heavens ring! God reigns; let the earth be glad!
This comment has been removed by a blog administrator.
ReplyDeleteThis comment has been removed by a blog administrator.
ReplyDelete