Een potje paddestoelenspread en alles waar het voor staat

Het is oogstijd. Als ik in de velden rondom Olomouc fiets, verbaas ik me altijd over de vruchtbaarheid van dit gebied. Suikerbieten worden geoogst, rijpe appels en peren ploffen van de bomen langs de weg, struiken hangen vol zijn bessen, in tuinen groeien tomaten en pompoenen, en langs een verlaten karrespoor dichtbij het bos stuitte ik op bomen zwaar met pruimen.





En de oogst komt naar de stad. De boerenmarkt in Olomouc is niks meer en niks minder dan een boerenmarkt. Aardappels vers uit de grond, bloemen uit de tuin, paddestoelen uit het bos. De zon schijnt, het licht is zo zacht en mooi. Ik loop tussen de kramen door, en schiet wat foto's. De kleuren van de herfst zijn geel, oranje en paars. Cider, honing, pompoen en kool. 





De bladeren van de bieten zien er zo mooi uit, dat ik blijf staan. De mevrouw is aan de telefoon. 'Is het goed als ik een foto neem?' gebaar ik. 'Natuurlijk,' zegt ze. Als ze heeft opgehangen, zegt ze: 'Mooi he.. had je vanmorgen vroeg moeten komen. Zoveel moois!' Ach, samen bietenblaadjes bewonderen bindt samen. 



Ik kan het niet over m'n hart verkrijgen zomaar weg te lopen. 'Wat verkoopt u?' Ze gaat alle glazen potten zonder etiketten langs: ze heeft abrikozenjam met honing en gember, geconfijte pompoenstukjes, zelfgemaakte ketchup, en paddestoelenspread voor op brood. Daar val ik voor. Niet per se voor de inhoud van het potje, maar voor alles waar het voor staat. Ze is met een rieten mand het bos in gegaan, op zoek naar paddestoelen. Het pad af, diep het bos in waar anderen hopelijk nog niet zijn geweest. Het was geen goed paddestoelenjaar. Terug thuis heeft ze de paddestoelen schoongeborsteld, schoongemaakt. In haar keuken heeft ze gekookt, gemengd, naar eigen recept. Ik kies een potje uit, neem het mee naar huis. Het is heerlijk. Het is bos, het is huiselijkheid, zuinigheid met vlijt, en dankbaar aannemen wat de natuur je geeft. 



Thuisgekomen bedenk ik me dat zo'n potje paddenstoelenspread staat voor heel veel zaken die mijn generatie is kwijtgeraakt. Dat je zuinig met eten omgaat. Dat je het beste maakt van wat de natuur te bieden heeft. Dat je verzamelt en plukt, inkookt en inmaakt en in glazen potten bewaard. Mijn oma deed dat ook, zo waren de tijden. Zij had de hongerwinter in Rotterdam meegemaakt. Dan kijk je wel anders naar eten. 

Het goede nieuws is dat men de laatste jaren weer warmer loopt voor zelfgemaakte dingen in potjes en bakblikken en alles waar het voor staat. Want satisfying. Want biologisch. Want E-nummers. Want mindful. Want het broeikaseffect. Want Heel Holland Bakt. Want anti-globalisatie. Soms ironisch, zo nu en dan snobistisch. Vaak voorzien handgeschreven labels. Regelmatig op hippe boerenmarkten. Een meestal gefotografeerd, gefilterd en geinstagramd. De tijden veranderen. Maar wat echt goed is blijft. 





Comments